Ook in 2024 kregen veel volksvertegenwoordigers te maken met agressie, intimidatie of bedreiging. Onder provinciale politieke ambtsdragers was het percentage dat te maken kreeg met zulke incidenten maar liefst 47%. Bovendien stijgt het aantal incidenten dat als ernstig wordt ervaren. Dat blijkt uit de Monitor Integriteit en Veiligheid die minister Judith Uitermark van Binnenlandse Zaken naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
De minister: “Deze cijfers zijn en blijven zorgelijk. De impact van incidenten is groot en raakt niet alleen de persoon zelf, maar vaak ook de mensen om hen heen. Als minister van BZK wil ik het tij keren: we mogen agressie en intimidatie naar mensen die werkzaam zijn binnen het openbaar bestuur nooit normaal gaan vinden. Het is belangrijk dit te blijven uitdragen en hen aan te moedigen om altijd melding en waar mogelijk aangifte te doen van incidenten. Ik sta achter onze politieke ambtsdragers, zij zijn het gezicht van onze democratische rechtsstaat. Dat werk moeten zij veilig kunnen doen.”
Bespreken, melden, registreren en aangifte
Bijna 90% van de decentrale politieke ambtsdragers en ambtenaren die te maken kreeg met een incident, heeft dit intern besproken of gemeld. In slechts 6% van de gevallen werd aangifte gedaan. Ook werden de incidenten vaak niet door de organisatie geregistreerd. Daarom is het van belang dat het Gemeentelijke Incidenten Registratiesysteem (GIR) gebruiksvriendelijker wordt gemaakt en dat een dergelijk systeem beschikbaar wordt voor provincies. Minister Uitermark: “Zo wordt het melden van incidenten makkelijker. Hopelijk zorgt dit ervoor dat er in meer gevallen aangifte wordt gedaan.” Het Ondersteuningsteam Weerbaar Bestuur organiseert daarnaast sessies om te werken aan bewustwording. Tot nu is daar door 240 gemeenten en alle provincies gebruik van gemaakt. Vanaf 2025 wordt dit uitgebreid naar alle waterschappen.
Agressie merendeels online geuit en vaker op persoon gericht
Agressie en intimidatie vindt steeds meer online plaats. Ook richt de agressie zich vaker op de persoon van de volksvertegenwoordiger zelf, in plaats van zijn of haar partij, of op de overheid. Deze vorm van agressie wordt vaker als ernstig ervaren en komt bovendien meer voor bij vrouwen dan bij mannen.
Steunpakket
Om bij online haat te ondersteunen, werkt het Netwerk Weerbaar Bestuur samen met o.a. Statenlidnu aan een steunpakket online haat. Dit pakket zal een overzicht bevatten wat er beschikbaar is, praktische handvatten hoe om te gaan met online haat en een bijlage voor het agressieprotocol.
Integriteit bespreekbaar
Uit de Monitor Integriteit en Veiligheid 2024 blijkt dat er binnen decentrale overheden structureel meer aandacht is voor integriteit, waar dat eerder meer gekoppeld was aan actuele kwesties en incidenten. Tegelijkertijd volgt uit de monitor dat bijna vier op de tien politieke ambtsdragers getuige was of dacht te zijn van niet-integer gedrag bij collega-ambtsdragers. Daarom is een wetsvoorstel in voorbereiding waarmee het verplicht wordt om een risicoanalyse integriteit uit te voeren voordat wethouders, gedeputeerden en dagelijks bestuursleden van de waterschappen benoemd worden. Om decentrale overheden daarbij te ondersteunen is een handreiking voor de omgang met (vermoedens van) integriteitsschendingen ontwikkeld.
Nieuwe handreiking voor de omgang met (vermoedens van) integriteitsschendingen
Het doel van de Handreiking voor de omgang met (vermoedens van) integriteitsschendingen is om praktische handvatten te bieden bij de behandeling van vermeende of daadwerkelijke integriteitsschendingen. Een duidelijke en zorgvuldige opvolging als er sprake is van een vermoeden van een integriteitsschending is voor alle betrokkenen van belang. De handreiking kan ook behulpzaam zijn als er sprake lijkt van intimidatie via juridische procedures. Zie voor meer informatie over bestuurlijke integriteit en praktische instrumenten het Handboek integriteit.
Een kwetsbaar ambt
In de Kamerbrief met de beleidsreactie op de Monitor werd ook het onderzoeksrapport van Avans Hogeschool over ondermijning en oneigenlijke druk op decentrale volksvertegenwoordigers aangeboden aan de Tweede Kamer. Dit rapport belicht de relatie tussen (georganiseerde) criminaliteit en decentrale volksvertegenwoordigers. Het brengt risicofactoren en kwetsbaarheden in kaart die maken dat decentrale volksvertegenwoordigers vatbaar kunnen zijn voor pogingen tot ondermijning door criminelen. Het rapport richt zich ook op de verschijningsvormen, ernst en omvang van banden met die (georganiseerde) criminaliteit.